Voor wie Kluizen nog niet kent.

 

Kluizen is een klein dorpje in het Belgische vlak boven Gent. Het dorpje op zich heeft niets om het lijf. Maar wat Kluizen interessant maakt voor een vliegvisser, is het waterspaarbekken net buiten het dorp. Er zijn daar joekels van forellen uitgezet die bijzonder goed gedijen. En er mag op gevist worden. Zie voor meer achtergrond informatie http://www.vliegvissen.be/?p=kluizen_voorstelling 


Een paar weken geleden toog ik met Tassos richting Kluizen. Tassos was nog maar koud terug van Denemarken maar had toch permissie van zijn eega gekregen om weer een dag verstek te laten gaan. Voor mij zou dit een laatste visavontuurtje worden voor zeker een maand, over twee dagen zou ik geopereerd worden aan mijn rug. Kluizen is iets meer dan 2 uur rijden van Amsterdam, weliswaar niet als je met Tassos meerijdt, maar dan nog moet je vroeg van huis want het hek bij het reservoir is open van 08.00 tot 10.00 uur en van 12.00 tot 13.00 uur. Let op: het is alleen in het weekend en op feestdagen geopend. Een zogenaamde dagverantwoordelijke opent het reservoir en rekent bij binnenkomst met bezoekers af. 22 euro als je geen lid bent van de Federatie Vlaamse Vliegvissers. Je kan wel buiten openingstijden weg, het hek opent van binnenuit automatisch, maar naar binnen kan alleen via de vaste tijden. Buiten die tijden is de dagverantwoordelijke namelijk zelf aan het vissen. Toets “Nieuweweg, Kluizen” in je Tomtom dan kom je voor de ingang aan. Rond Antwerpen is wel zes euro tol vereist voor de snelste route. Je komt het reservoir trouwens niet zomaar binnen zonder, volgens goed Belgisch gebruik, de nodige administratie. Kenteken, namen etc. worden zorgvuldig genoteerd. Verplicht is bovendien aan het eind van de dag te noteren hoeveel en welke vis je hebt gevangen en het aantal boven de 50 cm.

De dagverantwoordelijke van dienst heeft een bellyboat achter in z'n auto met twee opgetuigde hengels klaarliggen. We zien een verzwaarde paarse zonker en een Iers aandoende reservoir vlieg. Hij vertelt dat er vorige week goed is gevangen, niet te diep, op anderhalve meter met een intermediate lijn. Kluizen is flyfish only, maximaal drie weerhaak loze haken en streamers tot 5 cm. Verder mag alles, als het maar zonder lood is (zie verder het reglement). Na het papierwerk mogen we door rijden, we krijgen nog wel de bemoedigende opmerking mee dat er meestal vanaf een bellyboat veel meer wordt gevangen dan vanaf de kant.

Met de auto rijden we stijl omhoog de bekkendijk op voor we het water te zien krijgen. Het spaarbekken is een gigantische bak met water en ligt plompverloren en kaal in het vlakke land. De watermassa lijkt wel een binnenzee, zo groot. Een dijk in het midden verdeelt het bekken in tweeën, Kluizen 1 & 2. Er mag alleen gevist worden in bak 2, het meest westelijke bekken. De bekleding van de schuine oevers van de dijken en de bodem zijn scherpe watermeloen grote steenblokken. Het is nu wel duidelijk waarom de dagverantwoordelijke zo stellig meende dat er altijd meer werd gevangen met een bellyboat. Toch zien we al vissers aan de kant heftig bezig met de bekende zwaaiende gebaren. We rijden naar de zuidwest kant van het meer, daar waar de zonnepanelen staan en de wind vandaan komt, zodat we met de wind in de rug kunnen werpen. Niet vreemd dat daar de meesten vissers staan maar met zoveel ruimte maakt dat niet veel uit.

We parkeren de auto, vlak aan de rand van het meer, stappen uit en proberen de situatie te overzien. Te doorgronden om een vertaalslag te maken naar een visklaar opgetuigde hengel. Het is 4 mei, 10.00 uur, wolkig zonnig weer, ongeveer 13 graden, windkracht 3-4 vanuit het zuidwesten, er staat een kabbel op het donkere bekkenwater. Er is geen enkele visactiviteit aan de oppervlakte zichtbaar. Het water is kraakhelder en al een klein eindje van oevers is het donker, dus diep. Er zijn geen visjes of andere beestjes te zien ook geen waterplanten. Evenmin is er insectenleven van betekenis waar te nemen. Twee vissers in de buurt vissen statisch, van één zie ik de beetverklikker. Een andere visser zagen we eerder met de gebruikelijke stripbewegingen.
Waarmee tuig je nu je hengel op? Daar zouden ze het op de Meivlieg eens een paar avonden over moeten hebben: “Je staat aan de waterkant en dan....?”. Drijvende lijn met droge vlieg, streamer, zware nimf, of buzzers? Een intermediate lijn (heb ik bij me maar nog nooit gebruikt) met één van de vele vliegen, of een zinklijn met booby. Voor nu houd ik me maar vast aan de volgende uitgangspunten. Geen droge vlieg bij zero activiteit aan de oppervlakte, het maakt niet uit wat je presenteert maar hoe (hoe diep), doe hetzelfde als andere vissers die vangen. Tassos gaat voor een drijvende lijn met een streamer. Een zinklijn op de scherp stenige ondergrond vind ik te riskant. Met de intermediate lijn heb ik te weinig ervaring. Ik probeer het met een buzzer combinatie op een hele lange leader, een zware aan de tip en een lichtere anderhalve meter hoger. Kortgeleden visten we op deze manier op advies van de huisvisser in de Ronde Bleek met bloodworm apps. Niet dat we toen iets vingen maar je hebt een begin, een uitgangspunt. Van daaruit kun je weer verder.

De buzzer combinatie werp ik met de wind schuin achter me en laat de lijn mee driften op de wind terwijl ik heel langzaam met achtjes binnenhaal om contact met de vliegen te houden. Al bij de tweede worp voel een flinke tik op de lijn. Aha, dat belooft veel goeds, zo snel al beet. Ik meld Tassos dat ik leven op de lijn heb gevoeld. Hij blijft doorvissen met een streamer. Een van de vissers naast ons heeft een forel gehaakt op een witte streamer. Het is een knots van een beest en geeft behoorlijk verweer. Hij heeft een schepnet nodig om ‘m eruit te trekken. Er zwemmen inderdaad joekels in dit water. Na een half uur geen tik meer gevoeld te hebben begin ik toch te twijfelen. Is dit nu wel de goede combinatie, vis ik niet diep etc., etc. Ik besluit er twee kleine streamers op te zetten, dat is ook wat actiever dan buzzeren, heb je meer het idee dat je iets aan het doen bent. Ook Tassos wisselt vliegen maar zonder succes.

Na een uurtje stoppen we voor de lunch. Geen van ons beiden heeft nog iets aan de lijn gevoeld. Een visser in buurt vangt wel met enige regelmaat waarschijnlijk op een buzzer combinatie, en ook bij bellyboaters zien we regelmatig vangst activiteit. Een andere visser die eveneens stopt voor de lunch vertelt dat hij er vorige week tien had gevangen met een verzwaarde zonker op ongeveer anderhalve meter diep. Hé, dat verhaal hebben we eerder gehoord. Maar vandaag was het ook voor hem niet veel soeps.

Lunch in Kluizen is minder Bourgondisch dan verwacht. Op het terrein zelf is niets eetbaars te vinden. Het is toegestaan om één zelf gevangen vis kleiner dan 50 cm mee te nemen maar vis klaarmaken pal naast het water mag niet. In de buurt van de ingang zou dat wel mogen. Met de auto gaan we het dorp in, het is uitgestorven. Gelukkig vinden we aan de rand van het dorp een frietkot. Altijd goed! Het wordt frieten met stoofvlees.

We gaan terug voor de volgende poging. Bij de ingang van het reservoir proberen we de dagverantwoordelijke nogmaals uit te horen. We maken een praatje. Hij is een fotolasser met pensioen die al z’n tijd vissend kan doorbrengen. Is gek van dropshotten in het kanaal op snoekbaars en blijkt net als Tassos een Denemarken ganger te zijn. Tenslotte kan hij het niet laten om een Hollandermop te tappen: waarom hebben ze in Nederland overal vlakspoeltoiletten...... We laten het over ons heen komen in ruil voor informatie. Tassos legt me later uit wat een fotolasser is. Interessant! Vlakspoeltoilet in het Grieks moeten we opzoeken.
Weer terug bij de visplek maakt Tassos nog een praatje met de vissers daar. Ze vissen statisch met buzzers op drie meter diepte. Inmiddels is er meer actief insectenleven. Her en der enkele kleine zwarte vliegjes. We zien ook wat meer actie in het water, vissen die rustig het wateroppervlak doorbreken. De buzzer combinatie van het begin van de dag bind ik weer aan, nu met een beetverklikker om de diepte beter te reguleren. En nu maar wachten. Na een tijdje zie ik de beetverklikker wegschieten, sla aan, heb even contact maar de haak schiet los. Sh... nou ja, dat geeft de burger weer moed. Een van de vissers in de buurt die we regelmatig een vis hebben zien missen komt naar ons toe en geeft ons beiden een zwarte drijvende tor/kever imitatie van foam. Jee, wat aardig! Ze hebben inmiddels wel door dat we nieuwkomers zijn die niets vangen.

Maar inderdaad de foam imitatie is zinnig want de activiteit aan het oppervlakte neemt toe. Ik besluit er een bibio imitatie aan te binden, er gaat niets boven eigen gemaakte vliegen.
Als forellen in Oostvoorne die lusten dan blieven ze dat hier ook, denk ik. Het is tenslotte ook bibio tijd onderhand. Twee keer wordt er geaasd op de bibio maar ik mis beide keren. Na enige tijd bind ik er een herteharen caddis op, die kan ik tenminste goed zien. Het lastigst is om geconcentreerd te blijven en natuurlijk krijg ik net een flinke aanbeet terwijl ik met Tassos aan het kletsen ben en even niet kijk. Ook Tassos krijgt een dreun op zijn lijn net op een moment dat hij niet helemaal scherp staat. Bij hem op een zware nimf. Eigenlijk is vissen een concentratiesport, bedenk ik me nu. Weer een andere vlieg, nu een bloodworm zwevend, zonder beetverklikker. En na enkele worpen terwijl ik er met m’n concentratie helemaal bij ben, gedeng! Heerlijk die verlossende klap. Eindelijk hangen, voelt behoorlijk groot aan met mooie duikboot bewegingen. Tassos schiet gelukkig te hulp, hij heeft een schepnet mee. Gezien de scherpe stenen is een net geen overbodige luxe. Het duurt even voor we een schitterende en gave regenboog te zien krijgen. Ik laat ‘m snel weer zwemmen.
Na een iets actievere periode zakt het weer in en gebeurt er niets meer. Waar is de vis in hemelsnaam? We wisselen nog een paar keer van vlieg en vissen nog wat door maar de concentratie zakt, het einde van de middag nadert. We besluiten te stoppen. Bij de auto’s spreken we nog een Nederlander die net tegen de grens aan woont. Hij vist hier heel regelmatig. Heeft er vandaag acht gevangen. Allemaal met een rode buzzer, op drie meter diepte, met halverwege een zonker en met beetverklikker. Hij zegt dat buzzers het altijd goed doen hier, vooral rode varianten. Haakmaat 8, gemaakt van rood naaigaren en afgelakt met rood nagellak van Rimmel®. Maar hij verheugt zich vooral op het vissen met de droge vlieg over enkele weken als het water iets meer opgewarmd is. Een cdc-shuttlecock doet het dan geweldig. Een Belg komt er bij staan, hij heeft er vier gevangen met een intermediate lijn op anderhalve meter diepte met twee bruine pheasant tailachtige nimfen van ongeveer drie cm groot, iets meer dan een meter uit elkaar, heel langzaam met achtjes binnen gehaald.

Oké, zoals altijd, wijze raad aan het einde van een visdag. We stappen weer in de auto en gaan huiswaarts. Het lukt Tassos bijna om nog sneller terug te rijden dan heen. Gelukkig weet ik de frieten met stoofvlees nog net binnen te houden.

Kluizen: schitterend viswater in een wat kale en saaie entourage. Niet naast de deur maar waar zeker mooie vis is te vangen als je weet wat je moet doen.

Tjong Khoe 2013

Google Maps